jorrinopreis.reismee.nl

Een hoogtepuntje

“Tuut, tuut!” We rijden op onze gehuurde scooter over bochtige bergweggetjes en hebben het rijgedrag van de ware Nepalees overgenomen. Af en toe rijden we snel, dan weer langzaam, dan aan de verkeerde kant van de weg en we toeteren steeds vaker (ook als de weg leeg is). Aangekomen bij onze bestemming (de meren van Rupa en Begnas), worden we overvallen door de rust en het mooie uitzicht. Op een aantal vrouwen na, die de was doen in het meer, is het verder stil en kunnen we de vogels horen fluiten. Het is heerlijk! En daarnaast hebben we een ontzettend mooi uitzicht over de besneeuwde bergtoppen van het Himalaya gebergte. Ik voel mezelf best klein bij het aanschouwen van deze immense gebergten.

De volgende dag begint onze trekking in diezelfde immense bergen. Spannend! We hebben onze (warmste) kleding in 1 backpack gestopt en zijn klaar voor de tocht. Avontuurlijk als wij zijn, besluiten we zonder gids te lopen en onze backpack zelf te dragen. Met een kaart komen we er vast wel uit! We nemen een taxi naar Nayapul, onze startplaats. Enthousiast beginnen we aan de tocht en tot onze blijdschap zien we gelijk al een aantal restaurantjes waar we wat kunnen eten en drinken (weliswaar tegen verdubbeld tarief, maar goed!). We raken aan de praat met een Duitse man. Hij vertelt dat hij 30 jaar geleden dezelfde trekking heeft gedaan en dat hij nu rustig verder ging vanwege het feit dat er 10.000 treden zouden komen. Au, dat is een tegenvaller! Na een kleine lunch lopen we verder en al snel begint het traplopen (we hebben de treden maar niet geteld!). Het is een lange en zware weg naar boven. Onderweg komen we een vrouw tegen die ons vriendelijk begroet met: “I can not believe that you chose this way”! Daarnaast zien we ook nog eens schoolkinderen enthousiast de trappen op rennen naar huis. Heel motiverend! De kaart die we hadden gekocht gaf aan dat het ‘slechts’ 1,5 uur lopen was: Drie uur later weten we dat de kaart niet klopt en begrepen we waar de vrouw het over had! Als we bovenaan de trap het bord ‘Welcome to Ulleri’ zien, doe ik vanbinnen dan ook een klein vreugdedansje. Uitgeput laten we ons op bed neervallen na onze eerste dag wandelen. We zijn kapot en moe, maar we hebben genoten van de geweldige omgeving!
De tweede dag verloopt een stuk beter naar ons idee. We hoeven maar 2,5 uur te lopen (5 uur, want die kaart blijkt niet helemaal te kloppen). De traptreden gaan langzaam over in vlakke stukken en zelfs kleine dalingen. Onderweg komen we langs een watervalletje, steken we bruggetjes over en krijgen we een steeds mooier uitzicht op deze hoogte. We kijken de vallei in, zien de vele rijstvelden in de diepe afgrond en zien de kleine dorpjes, die we gepasseerd zijn, afsteken tegen de bergen. Ook de witte bergtoppen komen steeds dichterbij! ’s Avonds hebben we meer energie over dan de dag ervoor: we zijn klaar voor de zonsopgang de volgende dag. Daarvoor moeten we om 5.00 uur beginnen met stijgen tot Poon Hill, dat op 3200 meter ligt. De nacht is koud, de ochtend is vroeg. Dik ingepakt beginnen we aan de tocht naar boven, gezamenlijk met vele anderen. We vormen met z’n allen een slinger van lampjes door het smalle, kronkelige bergpad. Heel leuk om te zien als je wat verder boven bent! Tijdens het lopen zien we de lucht feloranje kleuren en worden de met sneeuw bedekte bergtoppen beschenen door deze eerste lichtstralen. Bovenin halen we een grote mok warme thee, genieten we van het mooie uitzicht en wachten we op de eerste zonnestralen, die om half 7 boven de bergen uitkomen. Echt een onwijs mooi gezicht. Het was de trekking meer dan waard!
Na de zonsopgang lopen we in een keer terug (volgens de verhalen was dat mogelijk…). We beginnen enthousiast aan de afdaling. We zien de omgeving in een ander daglicht dan de heenweg, waar we ons vooral erg vermoeid voelden. We lopen de 10.000 traptreden af, herkennen het watervalletje, zien onderweg apen van boom naar boom slingeren en zeggen vriendelijk “hello” tegen voorbijgangers (die weten niet wat ze te wachten staat, hehe!). Maar bij het einde aangekomen, begin ik mijn benen ook wel te voelen… Maar we geven niet op en weten aan het einde een taxi te bemachtigen die ons weer veilig voor het hotel af zet. Een mooie tocht met geweldige uitzichten, maar als gevolg drie dagen spierpijn!

Op onze derde ‘rustdag’ huren we een bootje om op het meer te dobberen. We genieten van de zon en het uitzicht op de immense bergen (die ons spierpijn hebben bezorgd). We zijn trots op het feit dat we de (zware!) trekking zijn begonnen en succesvol hebben afgerond. Een van onze hoogtepunten! Maar stiekem zijn we ook een beetje blij dat we de bergen nu weer vanaf de ‘grond’ kunnen bewonderen.

Vanochtend hebben we Pokhara achter ons gelaten. We zijn met de bus naar Kathmandu gereisd om nog een laatste nachtje bij onze Nepalese mama en papa te logeren! Ze stonden ons weer met open armen op te wachten. Morgen stappen we in het vliegtuig en nemen we afscheid van Nepal. Op naar Delhi! We zouden in eerste instantie over land gaan, maar de bussen reden niet vanwege de stakingen voor de verkiezingen en de trein bleek volgeboekt te zijn voor (minimaal!) de komende week. Maar we laten ons niet zo maar tegenhouden: India, here we come!

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!